N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Theaterwerkplaats In de voorstelling Help I Need Some Body werken theatergroepen Bambie en DEGASTEN samen met Theater LeBelle: theaterwerkplaats voor mensen met een verstandelijke beperking. Het concept ‘zorg’ staat centraal: wat is ‘zorgen’, en wie zorgt eigenlijk voor wie?
In een huiskamer met bloemetjesbehang zit een oude vrouw alleen op haar stoel. Ze staart wat voor zich uit, als plotseling de deur openzwaait en een hulpverlener binnenkomt die op professioneel opgeruimde toon met haar begint te praten. Het is een alledaagse scène, tot er steeds meer hulpverleners binnenkomen die precies hetzelfde praatje met de vrouw houden. Uiteindelijk worden de rollen helemaal omgedraaid: een van de hulpverleners vertelt steeds meer over zijn eigen sores aan de vrouw, die hem troost moet bieden.
De scène is exemplarisch voor Help I Need Some Body, een nieuwe theatervoorstelling van Theatergroep Bambie, jongerentheatergroep DEGASTEN en Theater LeBelle, de theaterwerkplaats voor mensen met een verstandelijke beperking van zorgorganisatie Cordaan. Het thema ‘zorg’ staat centraal, en vooral de wederkerigheid van dat begrip: is de scheidslijn tussen wie zorg draagt en wie zorg vraagt wel zo duidelijk?
Tweerichtingsverkeer
De initiatiefnemers van het project, Rutger Esajas van DEGASTEN en Jochem Stavenuiter van Bambie, zijn al vier jaar met elkaar in gesprek over de voorstelling. Stavenuiter: „We werden geïnspireerd door het vroege werk van Alain Platel, waarin hij met zorg en liefde werkte met een enorm diverse groep spelers. Bij Bambie spelen we vaak met een handjevol acteurs op het toneel, maar met de jongeren van DEGASTEN konden we eindelijk eens met een grote spelersgroep werken: we staan nu uiteindelijk met zeventien acteurs op de vloer.”
De toevoeging van Theater LeBelle, met wie DEGASTEN al vijf jaar een duurzame samenwerking heeft, was logisch. Stavenuiter: „Mensen met een beperking zijn experts in zorg, omdat hun hele leven erdoor wordt beheerst. Daarbij was voor ons de omkering belangrijk: dat zij niet alleen zorg nodig hebben, maar zelf ook zorg dragen voor de mensen om hen heen. Die dynamiek willen we in de voorstelling onderzoeken: hoe het mensen in een rol gevangen houdt als zorg te veel in eenrichtingsverkeer verzandt.”
Esajas: „De vraag of zij zelf ook zorgen was eigenlijk nieuw voor hen. Maar uiteindelijk leidde het tot hele mooie antwoorden: bij voorbeeld een vrouw van in de veertig die ook voor haar bejaarde ouders zorg draagt, nadat die hun hele leven voor haar hebben gezorgd.”
Storm van drukdoenerij
Gelijkwaardigheid tussen de verschillende spelers is ook in het repetitieproces een punt van aandacht. Stavenuiter: „Natuurlijk hebben sommige spelers meer ervaring dan andere, maar wij leren ook veel van het perspectief van de jongeren.” Esajas: „We brengen wel een bepaalde structuur aan in de repetities. We maken een onderscheid tussen spelende makers, die meer verantwoordelijk zijn voor het concept en de kaders, en makende spelers, die meedenken vanaf de vloer. Maar iedereen staat straks op de vloer, ook muzikant DJ Lovesupreme, die we altijd als medespeler en -maker vragen.” Stavenuiter: „Ik vind die veelheid van stemmen in het proces heftig en superspannend. Het is voor DEGASTEN normaler, maar wij worden echt uit onze comfortzone gehaald.”
Eén van de spelers die de meeste indruk maakt in de huiskamerscène die ik te zien krijg, is Brigitte Ommen. Zij is een van de drie spelers van LeBelle. Ze komt als een van de laatste hulpverleners de kamer binnen, maar in tegenstelling tot haar voorgangers is ze een kalme aanwezigheid in de storm van drukdoenerij. Ommen speelt sinds 2019 bij LeBelle en heeft daar de liefde voor theater gevonden. „Ik heb van kinds af aan interesse gehad in theater en veel voor mijn ouders opgetreden. Ik geniet er heel erg van om rollen te spelen, ontdekken wat ik allemaal kan.”
Sem Jonkers, opgeleid als theaterdocent en nieuwe maker bij DEGASTEN, vult aan: „Brigitte is echt een onderzoeker. In de repetities speelde ze een improvisatiescène met [Bambie-acteur] Paul van der Laan, waarbij ze allebei de rol van zorgdrager op zich probeerden te nemen en geen hulp van de ander accepteerden. Dat eindigde in een hilarische ruzie over wie de ander een stoel op mocht helpen.”
Gevraagd of ze de overstap van de voorstellingen van LeBelle naar een professionele voorstelling voor een groot publiek spannend vindt, antwoordt Ommen ontkennend. „Ik was in het begin misschien een beetje zenuwachtig, maar uiteindelijk dacht ik al snel: we gaan er gewoon voor. Ik zit gewoon zo in elkaar, ik ben niet zo gauw bang.”
Jonkers: „Je doet nu wel stoer, maar toen je jezelf op de flyer zag werd je wel even emotioneel, toch?” Ommen lacht er een beetje besmuikt om.